Galaten 4: 19 – Christus krijgt gestalte in mij
‘ Kinderen, zolang Christus geen gestalte in u krijgt, doorsta ik telkens weer barensweeën om u.’

We maken kennis met een heel andere Paulus, en wel met een pastorale Paulus. Want op wat voor een manier willen wij gemeente zijn voor elkaar? Wie staat centraal in de liefdevolle zorg voor elkaar? Paulus maakt in dit hoofstuk nog eens duidelijk dat het hem er om gaat dat Christus gestalte in ons krijgt, dat Jezus zelf vorm in ons krijgt.  Dit is belangrijk voor Paulus.

Het Nieuwe Testament is heel duidelijk: als Jezus Christus vorm in ons krijgt dan zullen wij veranderen naar Zijn evenbeeld. In 2 Korintiërs 3: 18 vinden we een geweldige beschrijving van deze verandering: ‘Wij allen die met onbedekt gezicht de luister van de Heer weerspiegeld zien, zullen door de Geest van de Heer meer en meer naar de luister van dat beeld worden veranderd.’  Het gaat Paulus in zijn pastoraat dus om de vorming van Christus in ons hart.

En daar heeft Paulus heeft wat voor over. Het mag hem pijn doen, hij wil er barensweeën voor doorstaan. Want Paulus wil niets liever dan bij anderen zien gebeuren wat bij hem ook is gebeurd. We weten op allemaal hoe Jezus, toen Paulus op reis was naar Damascus, op een overrompelde manier in zijn leven is binnengekomen. En dat gunt hij iedereen,  omdat hij met heel zijn wezen steeds meer en meer wordt aangeraakt door de aanwezigheid van Christus in zijn leven. Een voorbeeld hiervan vinden wij in Filippenzen 1: 8. Paulus schrijft dat: ‘God kan getuigen dat ik naar u allen verlang met de genegenheid van Christus Jezus.’


De liefdevolle toewijding en ontferming die horen bij Jezus Christus, zijn Paulus ook eigen geworden. Zo eigen, dat hij niet meer met zijn eigen, maar met de genegenheid van Christus naar de gemeente in Filippenzen verlangt. Want wat er gebeurt er nu als Jezus steeds meer gevormd wordt in je hart en in je leven. Hoe ziet dat er uit als je steeds meer het beeld van Jezus gaat vertonen? Een paar voorbeelden:

1.Als Jezus gestalte in je krijgt dan gaat je denken veranderen. Ook je gedachtenwereld wordt vernieuwd: Romeinen 12:2 En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, (NBG’51).

2. Als Jezus gestalte in je krijgt dan gaan ook onze gevoelens veranderen. We krijgen een grote afkeer van slechte dingen en alles wat niet gericht  is tot eer en lof van God. We gaan steeds meer merken dat je de blijdschap niet in de dingen van de wereld vindt, maar alleen in God zelf en in Jezus. ‘Dit zeg Ik tegen jullie om je mijn vreugde te geven, dan zal je vreugde volkomen zijn.’ (Johannes 15:11 NBV’21)

3. Als Jezus gestalte in je krijgt dan gaan je verlangens veranderen. Het leven zal meer gericht zijn op het vinden van geluk en vrede in God. ‘Maar Jezus zei: ‘Mijn voedsel is: de wil doen van Hem die Mij gezonden heeft en zijn werk voltooien.’ (Johannes 4: 34 NBV’21) Zoals Jezus er op gericht was de wil van Zijn Vader te doen, zo wordt dit ook ons verlangen om de wil van onze Hemelse Vader te doen. 

Woensdag 15 februari: Ik sterf met Christus en sta met Hem op