Lezen Galaten 1: 1 t/m 12
1 Van Paulus, een apostel die niet is aangesteld of gezonden door mensen, maar door Jezus Christus en God, de Vader, die Hem uit de dood heeft opgewekt,
4 ….die zichzelf gegeven heeft voor onze zonden om ons te bevrijden uit deze door het kwaad beheerste wereld,  7a  Er is geen ander evangelie.
11 Ik verzeker u, broeders en zusters, dat het evangelie dat ik u verkondigd heb geen zaak van mensen is;

Hoe bestaat het! De eerste generatie christenen is vatbaar voor een ‘ander evangelie’.
Paulus steekt zijn verbazing niet onder stoelen of banken. Hij is boos, gefrusteerd, bezorgd. Wat is er gebeurd?
Paulus heeft tijdens zijn eerste zendingsreis een aantal gemeenten gesticht in het zuiden van Klein-Azië. Dan merkt hij dat er andere ‘apostelen’ zijn langsgekomen die de gemeente in verwarring hebben gebracht. Nou ja apostelen, je kunt ze beter dwaalleraars noemen. Al eerder heeft Paulus de jonge gelovigen gewaarschuwd, maar blijkbaar zijn ze toch gevoelig voor andere geluiden. Waarom hebben de Galaten zich zo laten misleiden. Paulus begrijpt het niet, is in een slecht humeur en grijpt naar zijn pen.

De Galatenbrief is daarom een hartstochtelijke felle brief over de waarheid van het evangelie. Paulus is heel direct in deze brief en valt meteen met de deur in huis. Hij begint in de eerste plaats bij zichzelf: hij stelt zijn eigen apostelschap vast. En dat is geen menselijke instelling, maar gebaseerd op het gezag van de opgestane Jezus Christus. En dat maakt het verschil.

Paulus is duidelijk en noemt het een verdraaiing van het evanglie. Ongetwijfeld is er een discussie losgebarsten. Het gaat om de kern van het evangelie en de vraag of en hoe niet-Joodse (heidense) christenen deel mogen uitmaken van Gods eeuwenoude werk en belofte.
Het probleem is dat de nieuwe predikers Paulus’ werk willen corrigeren. Zij geloven ook in Jezus. Maar ze denken dat Paulus met zijn verkondiging uit de bocht vliegt. Paulus is volgens hen teveel een Jesus freak. Dat moet rechtgezet worden. Dus preken zij een verhaal die zij ook evangelie noemen. En dit verhaal is meer in de lijn hoe de zaken altijd lagen.  Dat is overzichtelijk. Het dient de rust, de maatschappelijke verhoudingen. Dus reizen deze mensen Paulus achterna en ‘verbeteren’ Paulus. Ze verkondigen: ‘Luister niet naar Paulus’ evangelie maar luister naar ons’ 

Daarom is Paulus verbeten en doet hij zijn uiterste best om het schriftelijk nog eens goed uit te leggen:
In de eerste plaats gaat het om genade:  Genade en vrede zij u van God onze Vader, en van de Heer Jezus Christus (1:3). God is genadig. Dat laat Hij zien in de dood en opstanding van Jezus.  Dan moet je niet terug naar de wet, zoals de predikers verkondigden en de gemeente. Want de vloek van de wet loopt uit op Golgotha waar Jezus de mensheid juist heeft verlost (Gal3:13)
Het gaat in de tweede plaats ook om de wereld. Jezus is iets nieuws begonnen. Hij heeft zichzelf gegeven voor onze zonden om ons te bevrijden uit deze door het kwaad beheerste wereld. (1:4)

Daarin moeten alle gelovigen meegaan. Dit is Gods evangelie en dan moet niemand de klok terugzetten door de besnijdenis te vragen.  Want wie gelooft in Jezus,  ontvangt Gods Geest en hoort bij de God van Abraham, Isaäk en Jacob.  Veel profeten, o.a. Joël hebben het vernieuwende werk van de Geest al aangekondigd. Ook wij hebben op Pinksterzondag Joël 3 gelezen, Petrus heeft na de uitstorting van de Geest letterlijk Joël 3 geciteerd.

Paulus zegt in vers 10 dat hij geen mensen wil behagen.  Blijkbaar was dat het verwijt dat hij kreeg. Dat hij een goedkoop, behaaglijk evangelie bracht zonder besnijdenis en wet. Maar de eenheid van gelovigen ontstaat niet in een besnijdenis of wet maar in Jezus Christus.  En dat is nooit veranderd.

Volgende week woensdag 14 juni: brief aan de Galaten 2 –  gerechtvaardigd door het geloof