Lezen Handelingen 2: 43-45

43 De vele tekenen en wonderen die de apostelen verrichtten, vervulden iedereen met ontzag. 44 Allen die tot geloof gekomen waren, bleven bijeen en hadden alles gemeenschappelijk. 45 Ze verkochten hun eigendommen en bezittingen en verdeelden de opbrengst onder degenen die iets nodig hadden.

Vanuit deze verzen openbaren zich kenmerken van Gods Koninkrijk: ten eerste de wonderen en de tekenen. Ten tweede de onderlinge liefde. Wat heel sterk in het boek Handelingen naar voren komt is dat het geloof kracht heeft. En dat is heel logisch, want Jezus heeft duidelijk tegen Zijn discipelen gezegd dat als de Heilige Geest zou komen, zij kracht zouden ontvangen. En die kracht komt uit de hemel op de allereerste Pinksterdag. Het heeft onmiddellijk effect, drieduizend mensen komen tot geloof, er zijn wonderen en tekenen. De gelovigen hadden alles gemeenschappelijk, alles werd gedeeld, niet alleen de materialistische dingen, maar ook de vreugde en het vertrouwen door het geloof. Wat zullen dat mooie heerlijke bemoedigende en opbouwende gesprekken zijn geweest.

Het evangelie van het Koninkrijk heeft dan ook alles te maken met overgave. Het betekent vanzelfsprekend Jezus navolgen. Geloven dat Jezus voor je zonden is gestorven en dat we het eeuwige leven mogen beërven. Maar het betekent ook dat Jezus Heer is over alle zorgen en moeiten én over de mooie dingen van het leven. We belijden niet alleen een zaligmakend geloof, maar we belijden ook het praktische geloofsvertrouwen, om het leven van alledag te kunnen leven hier op aarde.

Geloven is daarom vertrouwen. Je kunt het vergelijken met een huwelijk. Als je gaat trouwen, is het niet alleen trouw beloven aan de ander. Trouwen betekent ook dat je de ander vértrouwt en jezelf aan hem/haar toevertrouwt. Zo is het ook met geloven. Het betekent niet alleen trouw beloven aan God, maar ook dat je God vertrouwt en jezelf aan Hem toevertrouwt.

Een mooi voorbeeld is het verhaal over de storm op het meer. We begrijpen dat de discipelen, heel menselijk, bezorgd en angstig waren. We hadden zelf misschien ook zo gereageerd. Maar Jezus denkt daar heel anders over. Hij zegt in Matth.8:26: ‘Waarom zijn jullie zo angstig, kleingelovigen?’ Toen stond Hij op en sprak de wind en het water bestraffend toe, en het meer kwam geheel tot rust.

Wat Jezus bedoelt is hoe mensen omgaan met de omstandigheden waarin zij zich bevinden. Als ze twijfelen, bang of bezorgd zijn noemt Jezus hen kleingelovigen. Dit heeft te maken met het geloofsvertrouwen in de praktijk dat wij in God hebben in onze tijd op aarde. ‘Zoek eerst het Koninkrijk van God’, zegt Jezus. Ja, het Koninkrijk van God is in deze wereld gekomen, dat mogen we nooit vergeten. Het is niet alleen duisternis wat wij zien, maar ook het Rijk van het Licht. Er is er Eén die op de troon zit en die alles onder Zijn beheer heeft. Eén die ons leven en moeiten kent en geen andere kant op kijkt, waardoor de dingen in ons leven uit de hand kunnen lopen. God is er altijd bij.

Geloven heeft alles te maken met jezelf toevertrouwen aan God. ’Toch ziet U de pijn en het verdriet, U merkt het op en weegt het in Uw hand (Psalm 10:14a). Geloven is daarom vertrouwen dat de Heer het goed zal maken. Geloven is vertrouwen dat wij na onze tijd op aarde in de hemel zullen komen, maar geloven is eveneens vertrouwen dat God ons veilig door alle aardse omstandigheden heen zal leiden. Hij is de Bootsman in ons leven hoe de storm ook moge woeden… Zing je mee? (JdH 73)

Zie ons wachten aan de stromen, aan de oever der rivier
straks zal onze Bootsman komen, en wij varen af van hier
Hoe de storm ook moge woeden, op de reis naar ‘eeuwigheid
Jezus is de trouwe Bootsman, die ons altijd veilig leidt

Volgende week woensdag 31 mei: Het Koninkrijk van God en de liefde