Handelingen 17 1 t/m 34 – 18: : 1 t/m 22  ’s Nachts zei de Heer in een visioen tegen Paulus: ‘Wees niet bang, maar blijf spreken en zwijg niet! (18: 9 NBV)

Paulus, Silas en Timotheüs zijn onderweg naar Tessalonica, een grote wereldstad met honderdduizend inwoners. Vele omringende volken hebben Tessalonica hebben opgezocht om een beter bestaan op te kunnen bouwen. Kortom, het is een zeer geschikte omgeving om het evangelie te prediken. Met gulle hand wordt het zaad van het evangelie uitzaaid. Vooraanstaande vrouwen komen tot het geloof. Maar het zijn opnieuw de Joden die het niet kunnen verdragen dat het Licht ook bij de heidenen schijnt.

Ze willen het liefst dat de mannen weer verdwijnen. Maar hoe? Hun aanpak zal in een politiek jasje moeten worden gestoken. Als ze nu eens proberen om Jezus Christus als een bedreigende macht tegen de keizer uit te spelen? Dan moeten de stadsbestuurders wel reageren. Ze schakelen de hulp in van raddraaiers. ‘Vreemde mannen, vrome oproerkraaiers, zijn onze stad binnen geslopen. Ze willen de keizer van de troon stoten en Jezus daarvoor in de plaats stellen’. De raddraaiers doen hun werk en hitsen het volk op.  De menigte gaat Paulus en Silas zoeken. Ze gaan naar het huis van Jason die hen onderdak verleent.  De zendelingen zijn er niet,  Jason en aanwezige vrienden worden daarom meegenomen.

Op de markt worden de gevangenen terecht gesteld. Op borgsom worden ze, als ‘medeplichtigen’  uiteindelijk vrijgelaten. Ondertussen gaat de zoektocht naar Paulus en Silas door maar ze worden niet   gevonden. ’s Nachts vindt in het donker een ontmoeting plaats met de gelovigen. Hun gezichten staan zorgelijk: het is tijd voor de mannen om te vertrekken. Berea wordt het volgende reisdoel.

In Berea vinden de mannen geloof. Voor Paulus, Silas en Timotheüs is het een vreugde om vrijuit te kunnen spreken over Jezus als Zaligmaker. Hun blijdschap is van korte duur. In Tessalonica is namelijk ter ore gekomen dat mensen in Berea tot geloof zijn gekomen. Dit moet koste wat het kost voorkomen worden. Onmiddellijk wordt er een delegatie naar Berea gestuurd. Maar de oproer die in Tessalonica was, is bij de gelovigen in Berea bekend. Besloten wordt dat Paulus meteen moet vertrekken. Een aantal mannen zullen Paulus begeleiden naar Athene.  Silas en Timotheüs moeten zo snel mogelijk volgen, is de wens van Paulus, dan kunnen ze samen het evangelie opnieuw verkondigen. 

Athene is een mooie stad, maar tegenover al dat moois zijn er voor de Griekse goden heiligdommen gebouwd. Het hart van Paulus kreunt onder zoveel afgoderij. Paulus kan niet langer op zijn vrienden wachten, hij kan niet meer zwijgen. Het onderwijs van Paulus staat haaks op het denken van de wijsgeren. De opstanding uit de doden? Een spottend gelach. Heeft Paulus tevergeefs gepredikt? Nee toch niet. Enkele mannen sluiten zich aan bij Paulus waaronder Dionysius, een lid van de hoogste raad van Athene. Ondertussen zijn Silas en Timotheüs nog steeds niet gearriveerd. 

Paulus reist daarom alleen verder naar Korinthe. De handelsstad, met bijna een miljoen inwoners, staat bol van losbandigheid. Hier moet dringend het evangelie verkondigd worden. In Korinthe ontmoet Paulus een Joods echtpaar: Aquila en Priscilla, leerbewerkers van beroep, evenals Paulus. Hij trekt bij hen in, en ze werken samen. Zo kan Paulus tot rust komen en in zijn onderhoud voorzien. Toch nog onverwacht zijn Silas en Timotheüs aangekomen. Samen verkondigen zij, als vanouds, het evangelie.

Opnieuw zijn het de Joden die dwars liggen. Een mens zou er moedeloos van worden. Maar ‘s nachts zegt de Heer in een visioen tegen Paulus: ‘Wees niet bang, maar blijf spreken en zwijg niet’! (18:9) Met deze boodschap wordt Paulus zélf bemoedigt. Anderhalf jaar verblijft Paulus in Korinthe. Dat blijft niet onopgemerkt.  Maar de groei en voortgang van het evangelie wordt een vast agendapunt op de vergaderingen van de Joodse leiders. Paulus moet zwijgen. Voorgoed!  Gallio,  de stadhouder, moet hier zijn medewerking aan verlenen, maar Gallio trekt zich er niets van aan en wil geen zogenaamd recht spreken. Paulus, Aquila en Priscilla vertrekken tenslotte naar Efeze.  In Efeze is het woord van God meer dan welkom. En Paulus? Hij zal blijven spreken en nimmer zwijgen over zijn Meester. 

Volgende week: de derde zendingsreis