Psalm 145: 1-3,13 1 Een lofzang van David. Mijn God en Koning, ik zal U roemen en Uw Naam loven, voor eeuwig en altijd. 2 Iedere dag zal ik U loven en Uw Naam prijzen, voor eeuwig en altijd. 3 De HEERE is groot en zeer te prijzen, Zijn grootheid is niet te doorgronden. 13 Uw Koninkrijk is een Koninkrijk van alle eeuwen, Uw heerschappij omvat alle generaties. (HSV)
Psalm 145 is een hele mooie psalm in de lijdenstijd. Juíst in de lijdenstijd. Het is zeer de moeite waard om deze psalm in alle stilte thuis te lezen en het tot je te laten komen. Je te verplaatsen in David, die eens in een ver verleden deze woorden, vanuit zijn geloofservaring, heeft opgeschreven. Gelukkig maar, we hadden deze psalm niet graag willen missen. Het gaat over het heden en onze toekomst. David begint zijn lofzang met ‘Míjn God en Koning’. David heeft overgave en geloofsvertrouwen en wil dit delen met iedereen. David laat in deze psalm duidelijk Gods Koningschap en hulpvaardigheid naar voren komen. En niet zonder reden. Gods Koninkrijk is een Koninkrijk van alle eeuwen, er komt geen einde aan, Zijn heerschappij omvat alle generaties. Dus ook de onze, en die van onze kinderen en kleinkinderen. Gods hulpvaardigheid verzadigt de behoeften voor wie ontzag voor Hem hebben. Hij hoort hun hulpgeroep en komt hen te hulp. Dat is een geweldige bemoediging, ook nu. God geeft wat wij nodig hebben. Misschien zijn het andere dingen dan waar wij persoonlijk voor bidden, maar Hij verzadigt omdat Hij onze Schepper is. Hij kent ons beter als wij ons zelf kennen.
Psalm 145 relateert aan 1 Kronieken 16, waar de ark Jeruzalem werd binnengebracht en er een ere- dienst werd gehouden bij de ark en tabernakel. ‘Toen, op die dag, gaf David voor de eerste maal, deze psalm, om de HEERE te loven door de dienst van Asaf en zijn broeders (1 Kron. 16:7). In 1 Kron.16 vinden we dezelfde boodschap als in Psalm 145: Het gaat over Gods grootheid, goedheid, rechtvaardigheid en standvastigheid en stelt dat heel de mensheid God lof is verschuldigd! ‘Genadig en barmhartig is de HEERE, geduldig en groot aan goedertierenheid, vs.8. Gods grote geduld en goedheid bleken vaak nodig in crisismomenten in de geschiedenis. David heeft deze psalm geschreven om Israël te doordringen van Gods goedheid en weldadige Koningschap. Deze psalm benoemt aan de ene kant Gods huidige Koningschap, maar schept aan de andere kant ook de verwachting van een tijd waarin dat Koningschap concreet wordt. Psalm 145 vormt dan ook een de weg naar de verkondiging van het Koningschap van God of het Koninkrijk der Hemelen.
De feestelijke vreugdevolle toon van deze psalm, door Gods goedheid, macht en majesteit, klinkt door wanneer blijkt hoe goed, machtig en majesteus Hij is in de gedaante van Jezus Christus. Jezus ge- bruikt, op Zijn beurt, Psalm 145 in Zijn onderwijs. Hij leert vanuit Ps.145:15 dat God voorziet in voedsel Mat.6:26: ‘Kijk naar de vogels in de lucht: zij zaaien niet en maaien niet, en verzamelen niet in schuren; uw hemelse Vader voedt ze evenwel; gaat u ze niet ver te boven?’ En Hij citeert Ps.145:19 dat God in elke mogelijke nood zal voorzien als men Hem maar trouw is Joh.15: 7: ‘Als u in Mij blijft en Mijn woorden in u blijven, vraag wat u maar wilt en het zal u ten deel vallen.’ In Zijn gesprek met de Samaritaanse vrouw geeft Jezus Ps. 145:18 weer: God is nabij allen die in Hem in waarheid aan- roepen: (Joh. 4:24). Vervolgens gebruiken de volgelingen van Jezus God goedheid om het evangelie te verdedigen: Handelingen 14:17 hoewel Hij Zichzelf toch niet onbetuigd liet door goed te doen: Hij gaf ons vanuit de hemel regen en vruchtbare tijden en verzadigde ons hart met voedsel en vreugde.
De oproep van David om Gods grote daden en Zijn Koningschap bekend te maken wordt onderstreept door de geboorte van Jezus. En anno 2022 is Psalm 145 actueler dan ooit wanneer wij deze psalm in het licht van het Nieuwe Testament lezen: wij zijn onderweg naar Pasen en Zijn koningschap kent geen einde en door het offer van Jezus aan het Kruis.